Eerste hulp en reanimatie
Pagina herzien: zaterdag 17 maart 2018

EHBO toets: de vijf punten

Ondanks dat de 5 belangrijke punten niet meer op deze manier in het lesboek worden gepresenteert zijn ze er nog steeds wel. Deze EHBO toets test je kennis over de vijf belangrijke punten zoals in voorgaande uitgave van het Oranje Kruis... Succes!

  1. Wat is het eerste wat je doet als je naar een slachtoffer toe gaat?
    Zeggen dat je EHBO hebt (geruststellen).
    Op gevaar letten.
    Kijken wat er is gebeurd.

  2. De juiste volgorde van de vijf punten is:
    Kijk wat er gebeurd is en wat het slachtoffer mankeert, let op gevaar, stel het slachtoffer gerust en zorg voor beschutting, help het slachtoffer op de plaats waar hij zit of ligt, zorg voor professionele hulp.

    Let op gevaar, ga na wat er is gebeurd en wat het slachtoffer mankeert, stel het slachtoffer gerust en zorg voor beschutting, zorg voor professionele hulp, help het slachtoffer op de plaats waar hij zit of ligt.

    Let op gevaar, stel het slachtoffer gerust en zorg voor beschutting, ga na wat er is gebeurd en wat het slachtoffer mankeert, help het slachtoffer op de plaats waar hij zit of ligt, zorg voor professionele hulp.


  3. Bij het letten op gevaar zorg je voor:
    branden blussen, bijna omvallende zaken stutten en kijkers op afstand houden.
    de veiligheid van jezelf, de omstanders en het slachtoffer/de slachtoffers.
    alle waardevolle dingen die stuk kunnen gaan.

  4. Je gaat eerst uitzoeken wat er is gebeurd en daarna wat het slachtoffer mankeert omdat:
    je dan beter kan bepalen wat het slachtoffer kan mankeren.
    het handig is voor een volgende keer dat je iemand helpt.
    het slachtoffer dan niets meer hoeft te zeggen.

  5. Je kunt het slachtoffer geruststellen door:
    alle mensen die het slachtoffer kent bij het slachtoffer te laten.
    te wachten tot het slachtoffer rustig is en dan gaan helpen.
    je voorstellen, respectvol te handelen, betrokken zijn, kalm en vriendelijkheid uitstralen.

  6. Beschutting geven aan een slachtoffer is nodig omdat:
    het vervelend is als iedereen kan kijken.
    het slachtoffer onderkoelt of oververhit kan raken.
    hij anders afgeleid kan worden door de omgeving.

  7. Belangrijk bij het bellen van 1-1-2 is:
    wie je bent, hoeveel eerstehulpverleners er zijn en hoe lang het slachtoffer al gewond is.
    waar je bent, wat er gebeurd is, hoeveel slachtoffers er zijn.
    het polisnummer van de verzekering, wat het slachtoffer mankeert en wanneer de ambulance moet komen.

  8. Hoe heet de EHBO greep waarmee we een slachtoffer uit gevaar verplaatsen:
    De Rautek.
    Brandweergreep.
    De Zach methode.

  9. Waarom help je het slachtoffer op de plaats waar hij zit of ligt?
    Zo weet je altijd waar je slachtoffer is als je even weg moet lopen.
    Dan kan het ambulancepersoneel zien waar het ongeluk precies gebeurd is.
    Bij verplaatsen kunnen letsels erger worden.

  10. Welke gevaren loop je tijdens de hulpverlening op ernstige ziektes (AIDS, Hepatitis, e.d.)?
    Er is helemaal geen kans op besmetting.
    Het gevaar op besmetting is zeer groot.
    De kans op besmetting is heel klein.